Als Afrikaans land staat Tanzania bekend om zijn landschappen. Dankzij de jaarlijkse migratie van de dieren in de Serengeti en de Ngorongoro krater staat Tanzania hoog op het lijstje van veel toeristen. Naast de big five vind je in de natuurparken van Tanzania ook hyena’s arenden, kudu’s en nog veel meer wilde dieren. Behalve de bovenstaande attracties heeft het land ook de iets minder bekende parken zoals, Lake Manyara, Tarangire, Katavi en Mahale Mountains. Dat deze safariparken minder bekend zijn betekent niet dat ze minder mooi zijn.
Het Serengeti National Park van Tanzania is misschien wel het bekendste safaripark ter wereld. Dankzij zijn ecologische waarde aan het land, is dit park niet te vergelijken met andere safariparken. Er leven meer dan 3 miljoen wilde dieren in het park met eindeloze savannes. Ieder jaar vindt de grote trek plaats. Op dat moment migreren 500 duizend gnoes en 200 duizend zebra’s zich. Soms hebben de kuddes een lengte van 40 tot 50 kilometer. Achter de kuddes lopen roofdieren, zij wachten tot de zwakkere dieren afvallen.
Omdat niet alle niet alle dieren migreren is er dus altijd kans om wilde dieren in een van Tanzania’s national parks te zien. Ga je naar de Ngorongoro krater dan heb je grote kans om de big five te zien. Omdat de krater erg besloten is, is er altijd genoeg eten voor de vele wilde dieren in het gebied. Op ongeveer 30 minuten van de stad Arusha ligt het kleine Arusha National Park. Alles is natuurlijk relatief want het Arusha safaripark is 137 km2 . In die park is het mogelijk om een dag toer te maken. Je begint ’s ochtends in de Ngurdoto Krater en rijdt daarna door naar Momella Lakes in het noordoosten van het park. Arusha is perfect om te beginnen met je ontdekkingsreis door Tanzania. Door heel Afrika vind je safariparken, zo ook in Zuid-Afrika. Met name het Kruger national park is heel bekend. Voor veel landen in Afrika heb je helaas wel inentingen nodig, lees ons bericht om meer te weten te komen over vaccinaties.
